Risicothema 6: Rijden onder invloed
Conclusie:
Rijden onder invloed is een generiek risico wat overal in Nederland speelt. Dit risico richt zich vooral op mannen, in de categorie 35-49 jaar. Zowel beginnende als ervaren bestuurders rijden het vaakst met alcohol op na een bezoek aan een café, bar, restaurant of disco. Het aandeel ongevallen met letsel met alcohol is naar schatting relatief hoog in West-Nederland, met een aandeel van circa 5-6%.
Rijden onder invloed is een thema wat moeilijk te duiden is. Dit heeft te maken met het feit dat er zeer beperkt informatie beschikbaar is over alcohol- of drugsgebruik in het verkeer. De informatie die beschikbaar is, is enkel regionaal en niet lokaal tot op gemeenteniveau beschikbaar en bij ongevallen wordt het gebruik van alcohol nauwelijks geregistreerd. De beschikbare informatie duidt echter wel de aanwezigheid van het risico van rijden onder invloed.
Rijden onder invloed in Nederland in 2002-2017 (I&W) richt zich o.a. op de politieregio West-Nederland, waar Noordoostpolder onder valt. De hieronder gepresenteerde cijfers zijn van toepassing op de hele regio. In deze regio was enkele jaren een daling zichtbaar van het percentage gecontroleerde automobilisten wat de wettelijke alcohollimiet heeft overtreden. In 2017 is weer een stijging zichtbaar:
2002 | 2006 | 2010 | 2011 | 2013 | 2015 | 2017 |
4,5 | 2,6 | 2,1 | 1,9 | 2,1 | 2,0 | 1,0 |
Tabel 16. Percentage gecontroleerde automobilisten wat de wettelijke alcohollimiet heeft overtreden in de regio West-Nederland
Het aandeel mannen dat rijdt onder invloed is hoger dan het aandeel vrouwen. Tevens zien we dat het aandeel 35 tot 49 jaar het vaakst rijdt onder invloed.
2002 | 2006 | 2010 | 2011 | 2013 | 2015 | 2017 | |
Mannen | |||||||
18 tot 24 jaar | 3,7 | 2,3 | 2,2 | 1,8 | 1,1 | 0,9 | 1,7 |
25 tot 34 jaar | 4,8 | 3,9 | 3,0 | 2,4 | 2,5 | 2,6 | 1,6 |
35 tot 49 jaar | 5,6 | 4,0 | 3,3 | 2,9 | 2,5 | 1,8 | 2,1 |
50 jaar en ouder | 4,2 | 2,7 | 1,8 | 1,8 | 1,8 | 2,3 | 1,7 |
Totaal | 4,6 | 3,3 | 2,6 | 2,3 | 2,1 | 2,0 | 1,8 |
Vrouwen | |||||||
18 tot 24 jaar | 0,7 | 0,8 | 0,5 | 0,6 | 0,6 | 0,7 | 0,2 |
25 tot 34 jaar | 2,0 | 1,5 | 1,1 | 1,6 | 1,3 | 1,4 | 1,4 |
35 tot 49 jaar | 3,3 | 2,4 | 2,2 | 1,8 | 1,3 | 1,1 | 0,9 |
50 jaar en ouder | 2,5 | 1,7 | 1,4 | 1,1 | 1,1 | 0,5 | 0,9 |
Totaal | 2,2 | 1,7 | 1,4 | 1,4 | 1,1 | 1,0 | 0,9 |
Figuur 8. Bestuurders onder invloed naar leeftijd en geslacht
Wanneer onderscheid wordt gemaakt tussen locatie waar is gedronken en een beginnend of ervaren automobilist dan springt in beide gevallen het café, bar, restaurant of disco eruit, gevolgd door bij vrienden, kennissen of familie.
Figuur 9. Locatie van alcohol inname bij beginnende of ervaren bestuurders
In steden van >100.000 inwoners is het aandeel automobilisten dat rijdt onder invloed gemiddeld hoger dan in kleinere gemeenten. In steden is dit gemiddeld ca. 2.6% van de bestuurders terwijl dit in kleinere gemeenten slechts ca. 1.9% is.
Het aantal boetes dat is uitgedeeld aan rijden onder invloed op een bromvoertuig/fiets of motorvoertuig lijkt een afname te laten zien over de laatste jaren. Echter, omdat we geen inzicht hebben in de inspanning van de politie, en omdat de absolute aantallen vrij laag zijn, kunnen deze cijfers niet gerelateerd worden aan de werkelijke mate waarin onder invloed gereden wordt.
VeiligheidNL (Rapportage verkeersongevallen, 2017) toont uit onderzoek aan dat in 2017 in LIS-ziekenhuizen voor zover bekend bij 6.800 (6%) verkeersongevallen alcohol betrokken was. Bij 300 (<1%) verkeersongevallen was er drugs in het spel. Van alle geregistreerde verkeersongevallen waarbij alcohol was betrokken was dit in drie kwart van de gevallen bij fietsers en in één op de vijf gevallen bij een auto-ongeval. Als we kijken naar de betrokkenheid van alcohol per type verkeersdeelnemer, dan was bij de fietsers in zeven procent van de gevallen alcohol betrokken bij het ongeval en bij automobilisten vier procent.
In de LIS-ziekenhuizen wordt niet aan elk verkeersslachtoffer gevraagd of er voorafgaand aan het ongeval alcohol of drugs gebruikt is. Wanneer er overduidelijk één van beide betrokken was (bij slachtoffer danwel bij de tegenpartij)en/of het slachtoffer er melding van maakt dan wordt dit in LIS vastgelegd. Deze geregistreerde ongevallen zullen daarom het topje van de ijsberg zijn van het totaal aantal verkeersongevallen waarbij alcohol of drugs betrokken is.